De gekwelde minnaar
geschreven 1 april 1981
ik ben een gekwelde minnaar
ik zing van mijn leed in dit lied
te slapen en te dromen dat valt mij zo zwaar
sinds jij mij verliet
ik heb met je willen trouwen
maar je wilde me niet
je wilde enkel maar van me houden
en dat deed me zo'n verdriet
want houden van is mooi voor even
maar trouwen met dat geeft pas vastigheid
houden van is mooi voor even
maar trouwen met dat geeft pas vastigheid
ik ben een gekwelde minnaar
het begon zo mooi tussen ons
wij vormden waarlijk een liefdespaar
om gegoten te worden in brons
als voorbeeld voor het nageslacht
toen gaf jij mij de bons
onze liefde was zuiver en eerlijk en vol pracht
totdat ik je vroeg sluit met mij dit verbond
ik ben een gekwelde minnaar
toch ben ik blij dat je dit deed
ja ik ben je werkelijk dankbaar
dat ik de wereld kan zingen mijn leed
misschien levert het geld op en dat is heel fijn
want een mens heeft het nimmer te breed
maar bovenal moet dit u allen tot stichting zijn
ik wil dat de hele wereld weet
dat houden van mooi is voor even
maar trouwen met pas vastigheid geeft
houden van is mooi voor even
maar trouwen met dat geeft pas vastigheid
gitaar en zang, opgenomen 2 mei 1981
twaalfsnarig gitaar en zang, kazoo; opgenomen sep/okt 1981